Categorie: Nieuws

  • Monitors Digitale Geletterdheid PO en VO 2021

    Monitors Digitale Geletterdheid PO en VO 2021

    Achterstandsleerlingen raken digitaal achterop

    Monitors Digitale Geletterdheid primair en voortgezet onderwijs geven aan dat structurele aandacht voor digitale geletterdheid in curriculum kan zorgen voor gelijke kansen

    Van belastingaangifte doen en je beroep goed kunnen uitoefenen tot nepnieuws op sociale media herkennen: om mee te doen in de samenleving is digitale geletterdheid voor iedereen belangrijk. Toch scoren achterstandsleerlingen* aanzienlijk lager als het gaat om digitale geletterdheid. Leerkrachten geven de digitale geletterdheid van leerlingen op de basisschool gemiddeld een 6,0 en in het voortgezet onderwijs een 5,5 (op een schaal van 0 tot 10). Daarentegen scoren scholen met 75% of meer achterstandsleerlingen in het primair onderwijs gemiddeld een 5,1 voor digitale geletterdheid. In het voortgezet onderwijs ligt de gemiddelde score bij deze kinderen nog lager: 4,1. Dit blijkt uit de Monitors Digitale Geletterdheid die in het primair en voortgezet onderwijs zijn uitgevoerd om inzicht te krijgen in de status van digitale geletterdheid.

    Volgens Marjolijn Bonthuis van ECP is dit zorgwekkend. “In een wereld die meer en meer digitaliseert, is het belangrijk dat scholen structureel aandacht besteden aan digitale geletterdheid. Hiervoor moeten ze handvatten krijgen. Vooral bij scholen met veel achterstandsleerlingen is de urgentie hoog.” Zo blijkt dat leerkrachten die lesgeven op een school met meer dan 75% achterstandsleerlingen vaker helemaal geen aandacht besteden aan het digitaal geletterd maken van hun leerlingen – 26% doet dat niet. “Door digitale geletterdheid onder te brengen in de kerndoelen en examenprogramma’s van het primair en voortgezet onderwijs én de voortgang van leerlingen te meten kunnen scholen gericht aan de slag. Zo krijgen alle kinderen gelijke kansen om digitale vaardigheden aan te leren en daar nu en in de toekomst de vruchten van te plukken.”

    Ad hoc aandacht voor digitale geletterdheid
    Digitale geletterdheid is een combinatie van vier vaardigheden die je nodig hebt om je in de digitale samenleving staande te houden en jezelf te ontwikkelen. Het gaat om: ICT-basisvaardigheden, computational thinking, informatievaardigheden en mediawijsheid. Dit jaar werd de digitale geletterdheid in het primair onderwijs voor de tweede keer gemeten en in het voortgezet onderwijs voor het eerst. Het blijkt dat twee derde van de docenten in het primair onderwijs de noodzaak om leerlingen (verder) digitaal geletterd te maken (zeer) groot vindt. In het voortgezet onderwijs onderschrijft maar liefst 86% van de docenten deze urgentie. Ondanks het ontbreken van een verplichting om dat te doen besteden de meeste leraren nu al aandacht aan digitale geletterdheid.

    Toch is de aandacht voor digitale geletterdheid in de lesprogramma’s nog heel ad hoc. Zo werkt nog geen kwart (24%) van de docenten in het primair onderwijs met bepaalde leerdoelen voor digitale geletterdheid. En de meerderheid (58%) maakt helemaal geen gebruik van een leerlijn of leerdoelen als het gaat om het digitaal geletterd maken van hun leerlingen. In het voortgezet onderwijs is dit respectievelijk 35% en 52%.

    Behoefte aan externe ondersteuning
    Docenten die digitale geletterdheid behandelen in de les, schenken de meeste aandacht aan het thema ‘zoeken en vinden van betrouwbare informatie op internet’. Dit geldt zowel voor het primair als voor het voortgezet onderwijs. Belangrijke onderwerpen als privacy, online veiligheid en programmeren krijgen weinig aandacht. Dit kan onder meer komen doordat de helft van de docenten zich onvoldoende bekwaam voelt als het gaat om digitale geletterdheid. In het primair onderwijs heeft meer dan de helft (56%) van de leerkrachten dan ook behoefte aan externe ondersteuning bij het (verder) digitaal geletterd maken van hun leerlingen. In het voortgezet onderwijs geldt dit voor 49% van de docenten. Er is vooral behoefte aan ondersteuning van educatieve uitgeverijen.

    Naast externe ondersteuning is er grote behoefte aan het verbeteren van ICT-voorzieningen op scholen. Vooral wat betreft devices voor leerlingen is er een wereld te winnen: op veel scholen zijn te weinig devices of ze zijn te oud. Ook het internet en wifi-netwerk is volgens relatief veel docenten niet op orde.

    Nieuw curriculum voor primair, voortgezet en speciaal onderwijs
    November is een belangrijke maand voor de actualisatie van het curriculum in het primair, voortgezet en speciaal onderwijs. De wetenschappelijke curriculumcommissie heeft inmiddels adviezen uitgebracht aan Arie Slob, demissionair minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over de actualisatie van kerndoelen en examenprogramma’s. Onder meer over digitale geletterdheid in het onderwijs. Op 3 november bespreekt de Vaste commissie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap die adviezen in de Tweede Kamer met de Curriculumcommissie, daarna wordt wellicht duidelijk wanneer de actualisatie plaatsvindt.

    Over de Monitors Digitale Geletterdheid
    De Monitors Digitale Geletterdheid in het primair en voortgezet onderwijs zijn uitgevoerd door DUO Onderwijsonderzoek & Advies om inzicht te krijgen in de status van digitale geletterdheid in het primair en voortgezet onderwijs in Nederland. Aan het onderzoek in het primair onderwijs werkten 4.915 docenten, ICT-coördinatoren, directeuren en bestuurders mee. Het onderzoek is in juni en juli 2021 uitgevoerd. Aan het onderzoek in het voortgezet onderwijs werkten 3.032 leerlingen en 4.163 docenten, ICT-coördinatoren, directeuren en bestuurders mee. Het onderzoek is in het voorjaar van 2021 uitgevoerd. De Monitors Digitale Geletterdheid zijn een initiatief van ECP | Platform voor de InformatieSamenleving in samenwerking met Kennisnet, Koninklijke Bibliotheek, Openbaar Onderwijs Groningen, SLO, Netwerk Mediawijsheid en mogelijk gemaakt door het ING Nederland fonds.

    Persbericht HvdM, 3 november 2021

  • PARTTIME LERAAR VOOR 14 EURO PER UUR?

    PARTTIME LERAAR VOOR 14 EURO PER UUR?

    Via Instagram kun je het duidelijk lezen, er is een vacature parttime leraar bij StudyWorks. De beloning bedraagt € 14,- per uur.


    Na nader onderzoek op de website van StudyWorks lijkt het eerder alsof ze zoeken naar Pabo studenten die als coach, begeleider, docent of bijlescoach voor een geringe vergoeding aan de slag willen gaan.
    Studyworks vraagt ouders ongeveer 10 euro per uur meer. Een verdienmodel met een rafelrandje.

    Ons oog viel op het vak informatica. Volgens StudyWorks is informatica een moeilijk en steeds belangrijker vak. Ze constateren dat steeds meer processen via de computer en het internet gaan en dat veel leerlingen handiger met computers worden.


    Toch wil StudyWorks helpen steeds meer leerlingen zonder aangeboren talent te helpen met het begrijpen van al die verschillende programmeertalen???


    Volgens eigen zeggen geven ze uitleg van technische begrippen in duidelijke taal en helpen ze bij het leren van de komende toetsopdracht voor informatica


    Uit alles blijkt echter dat men amper weet wat er bij Informatica gebeurd en vraag je je af hoe verantwoord de inhoudelijke en didactische kennis van de begeleiders reikt. Goed coachen is net als goed lesgeven een vak.


    Een vak waarvoor je hoogopgeleide docenten nodig hebt die je niet voor een brutobedrag van 14 euro in kan huren en al helemaal geen informatica-docenten.

    Het is jammer dat het docentschap geen beschermd beroep is, iedere pabo student mag zich zo noemen en daar maken clubs als StudyWorks gebruik van. Gelukkig zijn er integere instituten, maar die stunten niet met salarissen en weten waar ze het over hebben.

    “Hulp” van Studyworks
  • Jongeren over Vertrouwen 2022

    Jongeren over Vertrouwen 2022

    De speciale Jongeren over Vertrouwen Prijsvraag voor 2022 is een onderdeel van het PERITIA project.
    Daarbij worden scholieren uit heel Europa uitgenodigd om hun visie te delen op de rol van vertrouwen in ons huidige sociale en politieke leven.
    Voor de Jongeren over Vertrouwen Prijsvraag creëren jongeren een eigen project waarmee ze reageren op de vraag die volgens hen centraal staat in het thema vertrouwen in het maatschappelijke leven
    Het project mag de vorm hebben van een essay, podcast, film, blog, kort verhaal of dialoog.
    De Jongeren over Vertrouwen Prijsvraag is open voor scholieren tussen 13 en 18 jaar oud.

    Er zijn drie prijzen te winnen, verdeeld over de volgende leeftijdsgroepen: 13-14 / 15-16 / 17-18.
    Geaccepteerd worden inzendingen uit alle 47 lidstaten van de Raad van Europa.
    De beste inzendingen worden gepubliceerd en winnen een trip naar het hart van de Europese Unie in Brussel.
    We vragen scholieren uit heel Europa om zich over het thema van maatschappelijk vertrouwen te buigen en hun inzichten met ons te delen.

  • Codeweek

    Codeweek

    In 2013 website CodeWeek werd gelanceerd daarop pakten 43 landen dit enthousiast op. Hoewel hier sprake is van een Europees burgerinitiatief is het ook voor landen buiten de Europese Unie mogelijk om deel te nemen. In 2019 deden al 4,2 miljoen mensen in meer dan

    80 landen over de hele wereld mee aan de CodeWeek. De gemiddelde deelnemer was toen 11 jaar. Opvallend is het nagenoeg gelijke aantal jongens en meisjes. Tot 2020 vonden de meeste evenementen plaats op scholen, waaruit blijkt dat de inspanningen om leraren erbij te betrekken succesvol zijn.

    Waarom coding op school met CodeWeek

    Digitale technologie wordt steeds belangrijker, laat steeds meer zien wie we zijn en wat we doen. Daarom is het niet verstandig dat een kleine groep beslist waarvoor zij de technologie gebruiken. Daarbij geldt ook dat er meer is dan alleen iets liken of gekke filmpjes posten. Met vol- doende programmeerkennis kun je immers ook eigen ideeën tot leven brengen en dingen maken.

    Het was nog nooit zo eenvoudig om een eigen app te maken, je robot te bouwen of iets uit te vinden! De eerste stappen om dit te programme- ren zijn in het begin niet altijd makkelijk. Naarmate je de techniek beter beheerst opent zich een weg vol creatieve uitdagingen, die naast plezier in veel gevallen ook een goed toekomstperspectief oplevert.

    Digitale Geletterdheid zal binnenkort in ons land onderdeel zijn van het schoolcurriculum. Steeds meer scholen bereiden zich op de invulling hiervan voor.

    Computational Thinking

    Bij de CodeWeek draait het vooral om Computational Thinking, dat in 2006 door Jeanette Wing als eerste omschreven werd als: “Solving a problem in such a way that a computer can carry it out”. Toch is programmeren niet hetzelfde als Computational Thinking, want programmeren is maar een stap in het hele proces van Computational Thinking.

    Een probleem dat je met behulp van een computer wil oplossen moet je eerst opdelen (decompositie) om daarna stapsgewijs aan een oplossing daarvan te werken (algoritme). Uiteindelijk wil je de computer dit laten doen en dat doe je door in de juiste programmeeromgeving te werken. Voor het onderwijs zijn dat bijvoorbeeld Scratch (vanaf groep 5-6), de micro:bit (vanaf groep 7-8), Python of Arduino (vanaf groep 8).

    Digitale Geletterdheid bestaat uit:

    • Informatievaardigheden (het goed kunnen zoeken naar juiste informatie online)
    • Mediawijsheid (wijs omgaan met (sociale) media)
    • ICT-Basisvaardigheden (basis computervaardigheden)
    • Computational Thinking (een probleem logisch oplossen met een computer).
    Artikel over CodeWeek in Vives 174
    download volledig artikell (pdf)

    Deze week stond in Vives 174 bijgaand artikel.
    Vives is een uitgave van Reshift en publiceert over onderwijsinnovatie & ICT.

    Materialen CodeWeek

    Hedy

    Hedy – Van codeblokken naar tekstuele taal Programmeren is lastig te leren, maar als je de basis begrijpt wordt het een stuk eenvoudiger. In tegen- stelling tot bijvoorbeeld Scratch maakt de tekstuele program- meertaal Hedy geen gebruik van codeblokken. Met Hedy leer je codes typen zoals de echte programmeurs dat doen. Dat leer je in kleine stapjes en met speelse opdrachten. Met Hedy maak je de overstap van een blokkentaal naar een geschreven talen zoals Python. Al het cursus- materiaal is gratis en maakt de uiteindelijke overstap naar moeilijkere talen eenvoudig.

    Ook dit cursusmateriaal en de programmeeromgeving zijn gratis. www.hedycode.com

    Beauty and Joy of Computing

    BJOC is een website die helpt bij het begrijpen van de waarde van het programmeren. De letters BJOC staan voor ‘the Beauty and Joy of Computing’. In het Nederlands vertaald als de Schoonheid en Vreugde van het Programmeren. Het programma van BJOC is ontwikkeld door de Universiteit Berkeley. In Amerika wordt deze cursus veel gebruikt door iedereen die geen informatica in het vakkenpakket heeft gehad, maar er toch kennis van wil nemen. Er wordt geprogrammeerd met Snap!, het volwassen zusje van Scratch. Leren doe je door zelf te programmeren. Samen met vrijwilligers heeft i&i hiervan een Nederlandstalige versie gemaakt.

    De volledige BJOC cursus is gratis te gebruiken en wordt speciaal tijdens de CodeWeek toegelicht. Meer informatie over the Beauty and Joy of Computing vind je op www.bjoc.nl

    Unplugged programmeren

    Je kunt natuurlijk ook zonder een computer aan de slag, het gaat dan vooral om het leren gebruiken van begrippen die bij Computational Thinking passen. Zo kun je prima een algoritme schrijven hoe je een boterham met hagelslag smeert of de verschillende stadia opschrijven hoe een rups in een vlinder verandert. Dan ben je bezig met decompositie. Door bijvoorbeeld voetbalplaatjes te sorteren ben je al bezig met patronen te herkennen. Net als met het maken van een storyboard voor een film of toneelstuk raak je het begrip abstractie aan (filteren van belangrijke informatie). Zie ook website CodeWeek voor meer voorbeelden.

    Microbit 101

    Tijdens deze workshop leer je omgaan met de micro:bit. Daarvoor dienen honderd-en-een micro:bit projecten die je na de introductie zelf kunt uitvoeren. Een micro:bit is een 4 bij 5 cm grote micro-computer en kan met 4 verschillende program- meertalen worden aangestuurd. Na de introductiebijeenkomst waarin de basisprincipes worden uitgelegd, is het een plezier om met de 101 gratis projecten aan de slag te gaan. Kijk ook eens op www.microbit101.nl

    CodeWeek in Europa

    De EU CodeWeek werd in 2013 voor het eerst gehouden en maakt sindsdien deel uit van de digitale agenda van Europa. De codeweek wil jongeren op weg helpen met coderen en digitale bewustwording. De Europese Commissie ondersteunt het burgerinitiatief. Voor een belangrijk deel past dit in de strategie voor een sterkere Europese digitale markt. Scholen, leraren en leerlingen van het funderend onderwijs op elk niveau en van ieder vak zijn uitgenodigd.

    De Commissie moedigt vooral scholen aan om hieraan deel te nemen.